Door JAN LIBBENGA
Vanaf 1692 was hier de Admiraliteit van Westfriesland en het Noorderkwartier gevestigd met een eigen scheepswerf en haven, de Grashaven. In 1814 kreeg het complex een nieuwe bestemming als militaire gevangenis en daarna werd het een ‘verbeteringsgesticht’ voor bedelaars, landlopers, alcoholisten, souteneurs, enz.
De naam komt van de periode dat het complex dienstdeed als Rijkswerkinrichting, waarbij het sorteren van krenten een belangrijk deel van het verplichte werk was.
Wellicht heeft het er mee te maken dat de R.W.I. Hoorn in de jaren dertig sloot en de verpleegden grotendeels naar Veenhuizen werden overgebracht, maar de naam krententuin duikt ook al begin 1900 op.
Volgens schaarse publicaties heeft Veenhuizen de bijnaam te danken aan het feit dat vooral in vroegere jaren, veel Oostgangers naar Veenhuizen werden opgezonden, oftewel soldaten voor Nederlands Indiƫ. Aangezien in de Oost de krenten groeien is het verband niet ver te zoeken. Voor zover bekend werden in Drenthe geen krenten gesorteerd.
Meer over Veenhuizen in de hernieuwde editie van het boek Paupers & Boeven.

Reacties
Een reactie posten